LABORATORIUM VOOR DE TUSSENTIJD

Beleid

door: Hans Venhuizen, Bureau Venhuizen   datum: 23-06-2008
De essentiële marge

Eigenlijk is het altijd Tussentijd, dat is echter niet altijd zo zichtbaar als nu in Transvaal, waar hele straten verdwijnen en opnieuw verschijnen. In Transvaal is op dit moment de transformatie voelbaar waar die voorheen moeilijker herkenbaar was. Je zou kunnen denken dat een wijk, die zo duidelijk in beweging is, via een sterke planvorming en strakke regie wordt getransformeerd. Maar dat blijkt niet per definitie het geval. Transformatieprocessen zijn langdurig en moeten zich aan veel koerswijzigingen, personeelswisselingen, veranderende financieringsstructuren, politieke verschuivingen en economische ups en downs kunnen aanpassen. De complexiteit van de processen dwingt de verantwoordelijken er al snel toe zich sterk en hermetisch, als beheersers van het proces, aan het publiek te tonen. Alle voornemens voor open planprocessen en inspraakavonden ten spijt, zijn het doorgaans niet de meningen van de bewoners, de gegroeide kenmerken van de context in verandering of andere kwaliteiten van de plek die bij de planvorming een doorslaggevende rol spelen. Transformatieprocessen van hele wijken zoals Transvaal zijn voortdenderende treinen, die nog wel eens van route kunnen veranderen, van kleur willen verschieten of op andere brandstof overgaan, maar die zelfs voor de hardste lopers uit de buurt meestal niet meer bij te benen zijn.

 

Mobiel projectbureau OpTrek – de initiator van Hotel Transvaal - beweegt zich al vijf jaar in de marge van het transformatieproces. Met kunstprojecten, voorstellingen, onderzoeken door kunstenaars en architecten en recent een serie workshops, brengen Hotel Transvaal en het Laboratorium voor de Tussentijd veel kwaliteiten van de plek boven water die anders de Tussentijd gegarandeerd niet zouden overleven. In de buurt brengt deze Tussentijd ook onzekerheid, onrust en verlangen naar een stabiele situatie. Maar tevens opwinding omdat zaken zich nog niet lijken te hebben vastgezet. Uit eerdere projecten blijkt het mogelijk is om in deze marge antwoorden te formuleren op de hoofdvragen van het transformatieproces. Je moet ze alleen veroorzaken, vinden en vervolgens weten te vertalen. Hans Venhuizen onderzoekt hoe via de benadering van Hotel Transvaal, de kwaliteiten van deze essentiële marge, een sturende rol in de transformatie van de wijk kunnen gaan spelen.

door: OPA: Onno Dirker, Peter Zuiderwijk en Anne Hemker   datum: 26-06-2008
Toneel van de Tussentijd

Opvallend is de discrepantie tussen wat men dagelijks (in de tussentijd) in deze wijk ‘op straat’ aantreft en de plannen die door talloze partijen voor toekomstige situaties voor de wijk worden gemaakt. Daarbij worden vaak totaal van elkaar verschillende visies als een harmonisch geheel gepresenteerd. In het ‘Toneel van de Tussentijd’ worden onverenigbare zaken onverenigd verenigd, en onrealistisch voorstellingen als realistisch voorgesteld.

 

Pers, locale- en vooral nationale overheden, corporaties en ontwikkelaars, adviesbureaus, politici, architecten, welzijnswerkers, kunstenaars, ... iedereen lijkt zijn eigen beelden te maken van en voor deze wijk. De wijk verwordt daarmee tot het decor van vele visies en ambities. OPA wil de rollen omdraaien door toneel te maken van het 'theater rond de prachtwijken'.

 

Op 17 januari 2008 heeft OPA in de lobby van Hotel Transvaal een eerste (proef)presentatie van dit idee gegeven, de vingeroefeningen voor een komend theaterstuk. Enkele grote plannen voor de wijk Transvaal zijn daarvoor in scenario’s uitgewerkt in zes korte verhalen, waarin de wijk in de nabije toekomst wordt beschreven in het verlengde van die herkenbare plannen. Het basisscenario vormt een simpel verhaal waarin allerdaagse handelingen plaatsvinden. De verhalen zijn in feite tot levengewekte artist impressions. Een inspiratiebron voor de uitwerking van een basisscenario is het boek Stijloefeningen van Raymond Queneau (De Bezige Bij, Amsterdam 1980. Vertaald door Rudy Kousbroek). Echter, de stijloefeningen voor het ‘Toneel van de Tussentijd’ bestaan niet enkel uit een telkens veranderen van schrijfstijl, maar tevens uit het telkens aanpassen van de visie - waardoor het toneel voortdurend verandert.

Ambassade voor de Tussentijd
door: Gert Anninga, Martijn Boelhouwers, Ana Dzokic, Anne Hemker, Erik Jutten, Iris de Kievith en Marc Nee   datum: 26-06-2008
Ambassade voor de Tussentijd

Wij, laboranten van de tussentijd, hebben het idee dat het veel gemakkelijker zou moeten zijn om de tussentijd te kunnen benutten. We hebben de ervaring dat op de tussentijd (het op verschillende momenten stilvallen van het transformatieproces) eigenlijk niet wordt geanticipeerd, maar dat deze wordt gezien als collateral damage - en daarom in haar bestaan wordt genegeerd. Het gevolg is dat niet alleen een heel potentieel aan beschikbare tussentijd verloren gaat, maar dat ook de kans voor bijzondere gebruiksvormen of slimme experimenten die alvast vooruitlopen op het latere gebruik simpelweg verloren gaan. Om deze periode juist als kans te kunnen benutten heeft de tussentijd een vertegenwoordiging nodig; een Ambassade. Of eigenlijk – een serie ambassadeurs. Zo'n ambassadeur van de tussentijd promoot en vertegenwoordigt 'zijn' land, ofwel zijn tijdelijke land.

 

Daarvoor kent de ambassadeur verschillende middelen:

  • Een kansenkaart: een tijdgebonden landkaart met daarop aangegeven de gebieden en gebouwen die tijdelijk te benutten zijn. (Dit is de fysieke kaart die hoort bij het oranje gebied in het ruimte-tijd-diagram)
  • Procedureel advies: aan gebruikers (bewoners en ondernemers) en betrokken ontwikkelende partijen (gemeente, corporaties, ontwikkelaars). Juridisch advies voor het gebruik, over procedures en regels die voor de tussentijd zouden kunnen gelden. De Ambassadeur wijst gebieden aan als ‘kansenzones’ met een passende regelgeving bij deze niet conventionele situatie. Bij tijdelijk gebruik horen vaak kortere en vereenvoudigde procedures. Daarvoor verschaft de ambassade visa: voor ontheffingen en vergunningen (voor verbouwingen, evenementen, bestemmingen en gebruik)
  • Lobby, de ambassadeur lobbyt vooral, voor de erkenning van zijn land, met onder meer een stevige campagne: MEER RUIMTE VOOR TUSSENTIJD!

Als laboranten hebben wij uit eerste hand ervaring met projecten die de kansen van de tussentijd benutten. Ervaring die niet alleen voor nieuwe projecten bruikbaar is, maar die ook de ambassadeurs een houvast kan geven om tussenruimte te creëren. Een ervaring die wij binnenkort zullen neerleggen in de GrondWet van de Tussentijd!

door: Anne Seghers en Vesta Kroese   datum: 05-10-2008
Tijdelijke Ondernemers Plaats (TOP)

Dit plan wil het kleine, marginale ondernemerschap stimuleren. We willen daartoe de tussenruimte op een eenvoudige wijze nieuw leven inblazen met een sjiek, aantrekkelijk en herkenbaar uiterlijk. We willen de wijkbewoners een andere blik op hun leefomgeving geven, namelijk een die naar het nu kijkt. We willen een plek maken die van de mensen is, een plek die het rondhangen op straat activeert en serieus neemt. We willen het gescharrel in de wijk uitdagen.

 

De T van TOP staat voor de tijdelijkheid. Hierin zijn andere dingen mogelijk dan in een staat van permanentie. Minder regels, meer vrijheid, mogelijkheden en plaats voor experiment.

 

De O van de TOP staat voor ondernemen en ontmoeten. Mensen worden aangemoedigd om de vrijkomende plekken te gebruiken. Waardoor een nieuwe input in de wijk van onderuit kan ontstaan. En daarmee misschien wel meer veiligheid, interactie, betrokkenheid.

 

De P van de TOP staat voor plaats en plek. Door plaats te maken voor de wijkgebruikers kan een plek ontstaan met nieuwe betekenis. Door de openbare ruimte opnieuw in te richten, relaties te verbeteren tussen de leegstand, de straat en de wijk. Door een leefbare omgeving te creëren tijdens de leegstandsperiode.

 

De Tijdelijke Ondernemers Plaats verzamelt goede plannen van ondernemers uit de wijk en koppelt deze vanuit een samenwerkingstrilogie (investeerders, locale trekkers en creatievellingen) aan een plek in de leegstand. En andersom: de leegstand wordt onderzocht op mogelijke activiteiten en gekoppeld aan geschikte ondernemers. Zo komt er verspreid over de wijk een activiteitennetwerk dat zowel binnen- als buitenruimtes inneemt. Om het verblijf in de tussentijd een karakter te geven van status en trots vestigt de TOP zich in een mooi verzorgd, eenvoudig, herkenbaar ‘hoofdkantoor’. Dit centrale punt van de TOP omvat een pakket aan gezamenlijke benodigdheden, een aanmeldingspunt voor goede ideeën, een overzicht van vrijkomende ruimten, een netwerk van kennis op het gebied van kredieten, boekhouding ed.

 

Heb je een goed idee en het uithoudingsvermogen om deze te testen in de tussentijd, dan behoor je bij de TOP van Transvaal.